Gebouwen en Panden 9

te demonstreren, werd ook inderdaad een hogere melkprijs aan de leveran-ciers uitgekeerd en wel een bedrag, dat voor tal van melkproducenten aan-leiding was om hun melk geregeld aan onze fabriek te leveren. Wegens het nog resterende schuldbedrag en de algemene economische positie van het bedrijf was het peil van deze prijs weliswaar niet verantwoord, doch deze tactiek moest op het juiste moment toegepast worden om het bedrijf te redden. En deze beslissende wending der fabriek is niet uitgebleven, want de nu volgende hoogconjunctuur kan ik u met klinkende cijfers staven.

Immers werden in 1924 – het jaar waarin de crisis bedenkelijke vormen aannam – slechts geleverd 669.000 kg. melk, terwijl deze leverantie in 1925 reeds een vlucht had genomen tot 1.090.000 kg. melk. Sindsdien heeft de melkaanvoer een ongekende toename blijven demonstreren. Zo steeg o.a. de melkaanvoer vanaf 1925 tot en met 1927 telkens met ½ millioen kg. per jaar, in 1928 zelfs met 1 millioen per jaar, terwijl in 1932 de 3½ millioen werden bereikt, welk peil vrijwel constant is gebleven tot aan de huidige wereldoorlog. De enorme toeloop met z.g. losse leveran-ciers, waaraan de fabriek in hoofdzaak deze hoge melkaanvoer te danken heeft, bevestigd voor zich zelf, dat die melkproducenten elders geen ho-gere melkprijs konden bedingen. Zij zijn het ook die de coöperatieve stoomzuivelfabriek St.Martinus mede tot grote welvaart hebben gebracht. Want door dit bloeitijdperk werd de vereniging niet alleen in staat gesteld de resterende schuld van ƒ37000.- af te lossen maar kon zij bovendien aan de vaste leden de destijds  gestorte bedragen ad ƒ358.- per koe volledig restitueren, welke terugbetaling is geschied in jaarlijkse uitkeringen van    ƒ 30.- per koe. Bovendien hebben de niet-leden losse leveranciers onbe-wust het leeuwenaandeel bijgedragen in de kosten van aflossing der diver-se geldleningen, waaruit alle kosten van uitbreidingen en vernieuwingen der fabriek tot een bedrag van ruim ƒ 123.000.- zijn bestreden.

21 dec. 1967  ging de Algemene vergadering van wat intussen “Sibema” was geworden, met 223 tegen 13 stemmen akkoord met het voorstel van het Bestuur, om het bedrijf in Beek stil te leggen. 2 maart 1968 werd de boterbereiding stopgezet en de Buc. maschine overgeplaatst naar Heer. Op 14 sept.vond de laatste melkaanvoer – 25.995 kg. – plaats. De laatste 17 personeelsleden – een jongedame en 16 heren – werden overgeplaatst naar Heer en Sittard of er werd op eigen verzoek een afvoerregeling ge-troffen.  

Mestvaart in het Stukkenderveld 

      Gelegen tussen de Pr.Mauritslaan en de spoorlijn Maastricht-Sittard. 

1970      In1970 werd ze aan het openbaar verkeer onttrokken 

Middenweg 

      waarvan de oude gelegen was op het terrein van Cokesfabriek Emma. Op dat terrein werd tussen deze en de Elsloërweg bij de aanleg van een klaarin­stallatie bij het afgraven op ongeveer 2.50 m diepte onder het maaiveld tekende zich een zwarte ellipsvormige lijn af, klaarblijke­lijk afkomstig van vergaan hout. Midden daarin bevond zich veel hout­skool en roodbruin tot zwart gebakken en verbrand leem. De ellips heeft een hoogte van 2 m. In de plattegrond bedroeg de lengte onge­veer 3 m. en de breedte 2 m. De andere wand bleef in de taludwand behouden. Tijdens die werkzaamheden kwam ondermeer een drieribbig oortje van een witaarden kruikje, een stukje helder blauw romeins glas en een fragmentje van een terra sigilla­te kommetje, dat waar­schijnlijk afkomstig is van vorm Dragendorff 22. Ze werden uit de eerste eeuw na Christus gedateerd. Verder werden een ge­smeed ijzeren spijker, een fragment van een imbrix (dakpan) en enkele ondefinieer­bare stenen en houtskoolresten aangetroffen. Uit die vondsten zou kunnen worden afgeleid hier met een brandstapel van doen te hebben. 

Molenstraat 

met berg en park genoemd naar een molen , die vroeger gestaan zou hebben ter plaatse van de latere Huishoudschool

      – sigarenfabriek M.Retera, opgericht in 1888. Tijdens   bombardement 5-10-1942 verwoest. Opgevolgd door een dubbelblok hoek Raadhuisstraat en links ervan een loods voor levensmiddelen grossier Retera. Inclu­sief enkele erop aansluitende woningen werd die in de jaren (19)tach­tig weer gesloopt en opgevolgd door woningbouw. 

            – aan oostzijde gelegen sigarenfabriek van Alph.Garé anno 1882

1985      gesloopte distilleerderij Smeets

1985      – in 1985 afgebroken synagoge (zie kerken enz.), waarnaar het links lopend pad Synagogepad is vernoemd. Tegen de gevel van de nieuwbouw aldaar werd in 2004 een hieraan herinnerend reliëf aangebracht

– nrs.18/22 (oostzijde) pand Senden-Tonnard, waarvan het rechter deel een stal was en later tot woning verbouwd. Oorspronkelijk was dit het Haagmanshuis. Het linker gedeelte was nog uit vakwerk.

            – nr.19 bleef bij het bombardement gespaard, daar voorbij was   een opgang naar de loods van Nissan-garage Crutzen 

      – Klooster Zrs. Franciscanessen. In de voormalige kloostertuin stond een H.Hartbeeld en een lourdes-grot. 

Molenweg (Genhout)

 zo genoemd omdat ze onderdeel uitmaakte van de route naar de molen van St.Geleen. 

Mutsenisch Spaansch leen:  

1736      in 1736 koopt Willem Leenders 91 kl.r. land in het Stuckender­veld. 

Neerbeekerhof of Hof Geleen:  

      een der in een soort lintbebouwing langs de Keutelbeek gebouwde grotere hoeves. Ze werd voor het eerst in 1225 vernoemd in een schenkingsakte.

1361      In 1361 kwam ze in bezit van de Fam. Schoonvorst, heer van kasteel Elsloo

1381      in 1381 wordt er een Arnold van Neerbeek genoemd (zie ook Beyen­sleen) (Dorpstraat 63, thans Spaubeeker­straat en verder omgeven door de Keulsteeg en Hofstraat) (zie ook Beyensleen)

      (Bayaertsleen, Neerbeekerhof) groot 20 bunder en 2 morgen te Neer­beek en groot­leen van Val­ken­burg (later Staat­s­leen); verhe­ven door Thijs Ba­nents van Neerbeek 1542; door N. Banents 1574; Peter Banents 1615;

      1.    Dit leen lag hoofdzakelijk “omtrent den Boss, een hoofd de Maas­trichterweg, ander hoofd de Boschweg”.

      2.    De familie Banens is een der oudste en aanzienlijkste families van Beek geweest. De leden waren bezitters van leengoederen, pachters van hofsteden, landerijen  en tienden der D.O. Van de laatste genera­ties volgt hier een kort overzicht.

1505      ze was toen een van de weinige gebouwen, die gespaard bleven tijdens de vernielingen door de gelderse troepen

1581      Inden jaer uns heere duysentvijffhondert end einentachtentich Den derden dach Martij heeft der Eerwadiger Her end Gestrenger Herr Henrich van Duysschenberch/Duyts Ordens der Balley Biessen Landtcop­thur C Dom Eerbare end Vrome Thijsken Banitz, uytgegeven te pacht an-dere pachters recht twaelff jaer lanck naede andere volgende sijns Ordens landen ontzent Beek gelegen, geheten die oerpacht landen zes nemlich Goriken end Peter Penres gebroeders foliger gedachten vorige gehatt haben dern naeder maete end luudt des legerborch ontrent sul­len sijn sess end veertig  bonre een halff groot, end sess klein roo-den und dan noch als echen pachtlanden, als Thijsken vurs. nae der doot sijnes Vaders tot noch toe en pachtungh gehatt heeft ten ontzent sullen sijn nao Luydt des Legerborch achtdenhalff bonre anderhalf groot rooy welche Landen allerdinghs hier onder gespecifieerdt volgen end voor soe vell belanght die landen soe voerge Peter Penres te ge-bruykecken placht iss te w..ten, dat daer van dat Eerste jaer aen­gaen end vallen sall op Andrees anno tweeachtentich und dat oirsaec­ken ha-ben dat de kinderen van de vurs. Peter sich onderstanden hadden dih­leichs van den vurs. pachtlanden ombte ackers end belooffden an vors. eenentachtichsten jaer die szluige wederoms mitten anderen in gooden end gebeurliche baute te brengen end daer binnen te halden welch sy doch niet gedaen noch en hebben konne gedaen. alsoe dat vordraegen iss dat Thijsken die landen van Peter  maer elff jaer in touflungh umb voerg. ..saeche willen sall hebben op dat altijts eene termyt des aengaens end uytgaens van pachtunge der vurs. pachtlanden ordentlich kan gehalden worden – voer soe viell over Gorikens landen end  oyck soe hij selffs tot noch toe in gebruyck gehadt heeft, daen van sall datt Eerste jaer nu anno eenentachtentich aengaen end op Andrees daer nae in selvigen jaer vallen end iss voorbehalden soe. belieft ten beiden deile sall mogen ten halven tijt affstaen end sulch malcandere den halff jaer te voerens op segge waerbij niemandt dert worden end deweil Goriken end ]peter gebroederen nao inhalt ires voerigen pachteldels van hunnen landen een ieder placht ierlich te geve derthien mud end thien vatt rog.

      Thijsken  van sijnen Landen soe hij tot noch toe naeder doot sij­nes vaders gebruyckt heeft vier mud end seventhien vatt rogge alles Trichter maeten, soo geeft doch welgemelte heer Landtkomandeur Her Thijsken vurs. van wegen diesen besweerlijcken tijden end kriegshan­del end daer mitt hij den acker des te bete wederom in goeden end gewoenlijcken bouw brengen konden datt eerste jaer den vuur. alden pacht halff quytgescholden alsoe dat hij ditt eenentachtentichste jaer van Gorikens landen maer sess mudd end seventhien vatt rogge end van sijne landen nitt meer dan twee mud negende halff vatt rogge Trichter matte geven end betaelen sall welch maecht in. als van die­sen twee parcelen negen mud anderhalff vatt roggen Trichter maeten. Und daer beneven sall hij oyk allen voervallende schattungen end beden halff draegen end betaelen, datt naevolgende twee end tachten­tichste jaer end soe voerts allen naevolgende jaeren diesen toust ouyst duerende heeft sijner Eerwerden van Gorikens end sijnen Landen then Pachtere datt driededeel des vurs. alden pachts naegelaeten alsoe dat hij vanden voerige beiden percelen niet meer dan twaelff mud, end twee vatt rogge Trichter maeten, leveren sall end daer bene­vens oyck allen voervallende schattungen, beeden end besweernissen nae advenant des pachts soe..e Eerworden Herr hem naelaeten mitt holpen graegen end betaelen. Voer soe well over dien Landen aentreft, soe vurs. Peter under synen ploechvoechen gehatt heeft Daer van sall Thijsken vurs. Anno Tachtentich end twee op Andree oyck maor betaele die Helfet van Peteren alden pacht als nemlich f.smud end seventhien vatt rogg. Trichter maeten. End dan Ao. Tachtentich drie end soe voorts allen naevolgende jaeren diesen tanft duerende geeft sijner Eerwerden gen pacgtere van voors. Peters Landen datt driededeel des alden pachts (now vanck anderen vurs. Landen) naegelaeten dich alsoe dat gij jaerlich  daer van niet meer geven en sall Dan acht . vat jij   in also vanden drie pachtlanden sall hij . rog.

1615      27 april verheven door Lemmen Thijskens, in naam van heer Otto Hendrik van Vlodrop, na dood zijn broeders Jan Willem

1736      396 kl.r. land omtrent den Boss gelegen, een hoofd straetweg, gekocht door Jan Lenaerts

1743      W.Sleijpen koopt 112 kl.r. voorhoofd Trichterweg, verder gren­zend aan het Duivendreeske

1746      verheven door Peter Banens voor zijn onmodige zoon Petrus Fran­ciscus Banens

1750      Jan Lenaerts koopt 198 kl.r. omtrent de Bosch naast de erfg, van P.Banens, rg. Paul Keulen en Daniel Kempeneers, ene hoofd de Maastrichterweg, ander hoofd den Boschweg.

1752      P.Banens-Dormans koopt 74 Kl.r. land aan de Bossenstraat, rg. aan twee zijden P.Banens.

1791      door huwelijk van Maria Elisabeth Banens met Lam. Alex de Mon­taique gaat het leen over in die familie.

1818      bewoond door wed.Sauveur, wed. Banens, Antoinette DeMontaigne (celeb), Philippine Demontaigne (20), Hr.Luc Nijpels (30)

1916      openbaar verkocht aan de N.V. Gemeenschappelijk Grondbezit, die ze op het bakkes lieten slopen  

Neerbekerstraat 

            v/h Dorpstraat Neerbeek 

            – nr.44 oud huis Lemmens in 1932 onbewoonbaar verklaard

– nr.143 voormalig pand Senden-Leunissen, dat 1 juli 1982 afgesloten werd en kort daarop gesloopt. Het was een wèl doortimmerd eiken- en iepenhouten vakwerkhuisje met gedookte pen- gatverbindingen in staan-ders en liggers, in schoren, spanten en balken, dat niet eenvoudig neer te halen was. De kopgevel moet in de jaren (19)twintig tegen vochtdoorslag afgecementeerd zijn. Verder is er, met zijn kleine ven-sters in de zijgevel nagenoeg niet veel aan veranderd. Tussen de schuurpoort en het raam naast de later dichtgezette woonhuisdeur zat een kippenladdertje naar het op 1.50 m. hoogte zittend vierkant luik-je. De raampjes aan de straatzijde onder het dakoverstek waren van de slaapkamer. Naar achteren was aan de schuurdeuren nog een veestalle-tje aangebouwd voor schapen en twee koeien. De WC stond boven de erop aangesloten beerput. In de helling was onder schuur achter de moes-tuin een schuilkelder uitgeschacht.