1945 Nederland bevrijd

Maandag 10 januari omstreeks een uur in de middag en dinsdag 11 januari om vijf uur ’s middags zijn vliegende bommen neergekomen in Ulestraten, waarbij een vijftal huizen onbewoonbaar werden en verder in het hele dorp de vensterruiten stuk waren. Persoonlijke ongelukken zijn niet voorgekomen, alleen een drietal kinderen lichtgewond. Maar in Ulestraten zijn de mensen nu angstig.

De Amerikanen en Engelsen zetten begin maart 1945 een nieuw offensief in om geheel Limburg te bevrijden. Aangezien veel artikelen van ons bezet gebied moeten komen, is er grote schaarste aan veel noodzakelijke artikelen die anders van Holland kwamen. Zo hebben we met ingang van 15 februari 1945 het zout op de bon en wel 100 gram per persoon per week en 15 maart komen de lucifers op de bon en wel 100 gram per vier weken.
Op 22 maart komt onverwacht het bericht dat Hare Majesteit Koningin Wilhelmina is aangekomen in Maastricht voor een driedaags verblijf in Limburg. Op die dag is ze in Maastricht en Heerlen en omgeving geweest. Op vrijdag 23 maart om 10.15  uur kwam ze hier over de Rijksweg richting Sittard naar Roermond.  ’s Morgens tegen acht uur werd bekend gemaakt, dat zij omstreeks tien uur Beek zou passeren en de schoolkinderen op de Rijksweg zouden zijn met vlaggetjes en oranje linten.

Tegen half tien was de belangstelling al groot op de Rijksweg en tegen kwart over tien passeerden zij met haar gevolg Beek. Maar de auto’s reden zo snel en ze waren zo vlug voorbij, voordat men haar even goed gezien had. Maar de belangstelling was bijzonder groot. De derde dag bezocht zij Roermond, Venlo en Noord-Brabant en Zeeland, waarna ze weer terugkeerde naar Engeland waar ze momenteel nog verblijft. Daar de scholen nog door de Engelse en Amerikaanse soldaten nog zijn bezet is de jongensschool voorlopig ondergebracht bij Klinkers aan de Maastrichterlaan, bij drukkerij Heldt en drukkerij Reynders. De meisjesschool kon nog gedeeltelijk gebruik worden, in iedere klas heeft men nu twee lesuren per dag. Het laatste half jaar zijn veel jonge mannen als vrijwilliger in het leger gegaan, tegen de Duitsers. Iedere week melden zich nog nieuwe aan en zeggen wij strijden tegen de nazi’s.

Zondag 18 maart 1945 had de begrafenis plaats van de Beeker eerste vrijwilliger de jood Frans Kanarek, die eerst ruim twee jaar was ondergedoken, maar hij is niet gesneuveld, maar aan een ziekte overleden. ’s Middags om drie uur had de begrafenisplechtigheid plaats onder grote belangstelling en waarbij een korps van Nederlandse strijdkrachten hem de laatste eer brachten en een zestal salvoschoten losten. Door de majoor werd een toespraak gehouden bij het afscheid van hun makker soldaat. Een tweetal kransen bedekten het graf van deze jonge strijdkracht.

Nu de opmars in Duitsland goed opschiet en de moffen daar flink om hun oren krijgen, merkt men van alle kanten. De Nederlanders die door de moffen zijn weggehaald om in Duitsland te gaan werken,  nu langzamerhand naar huis terugkeren.

Op vrijdag 6 april landde Leo Hendriks van de Hoolstraat, op dinsdag 10 april Hanssen nabij het Station, op donderdag 12 april Vroemen uit de Heirstraat (Col van meister Vroemen) en zo komen bijna iedere week de een of de andere terug.

Op dinsdag 22 april hebben wij allemaal haring gekregen. Ja vette haring welke wij bijna vijf jaar niet meer gezien hebben. Op zaterdag 28 april hebben de Limburgse soldaten van Nederlandse Koninklijke Stoottroepen in Duitsland een goede vangst gedaan. Ze hebben daar op straat onze ex-commissaris van de Provincie Limburg het Gröfke Max van Amstenrade opgepakt waarna ze hem naar Maastricht hebben overgebracht. Zondag werd per radio bekend gemaakt dat Adolf Hitler geneuveld was maar het was wel eigenaardig dat ze nergens het lijk van hem vonden en hierdoor nog niet vast staat of hij dood is of niet.

De oorlog schiet nu goed op want de mof is nu bijna helemaal verslagen. In het bezette gebied van Nederland zoals Noord-Holland, Zuid-Holland, Utrecht, delen van Gelderland, Noord-Brabant en Zeeland is wel veel hongersnood. Engelse en Amerikaanse vliegtuigen gooien er dagelijks duizenden kilo’s levensmiddelen uit in het bezette gebied voor de noodlijdende bevolking.

Vrijdagavond 4 mei 1945 om negen uur ’s avonds maakt de radio bekend dat Duitsland de oorlog in Nederland neerlegt met ingang van 5 mei om acht uur ’s morgens. Dit vreugdevol nieuws was dadelijk bekend en op de straten ging een hoera op de roodwildblauwe vlaggen werden dadelijk uitgehangen en de sirene gaf dadelijk haar veilig geluid door, een teken dat de oorlog was afgelopen.

Precies acht dagen voor de bevrijding van ons land was hare majesteit koningin Wilhelmina en prinses Juliana in ons land teruggekeerd en hadden zich voorlopig gevestigd in Breda. Nu de oorlog voor ons land is afgelopen, ziet men de mensen in drommen op straat bij elkaar staan en het nieuws druk bespreken. Overal hoort men luid de radio nieuws en muziek ten gehore brengen en vaderlandse volksliederen hoort men nu met vrolijke toon en er wordt gedanst gesprongen en gezongen.

Zaterdag de dag dat de eigenlijke vrede ingaat kon wel een nationale feestdag zijn, want overal zag men de mensen rondzwieren van het ene naar het andere café, maar tot overgrote ramp waren er in de cafés niet veel bier of borreltjes te krijgen. Tegen acht uur ’s avonds werd op een kiosk voor het gemeentehuis geconcerteerd door de harmonie St.-Cecilia uit Beek, de Beeker Liedertafel, fanfare St.-Antonius uit Genhout, de fanfare van Neerbeek en de radio zorgden voor verdere muziek, welke duurde tot na middernacht. De straten waren nu na vijf jaar in duisternis nu weer verlicht en in de etalage had men oranje versiering aangebracht, waartussen de foto van ons vorstenhuis prijkten. De roodwitblauwe vlaggen wapperden huis aan huis. De mensen waren allemaal versierd met oranje strikken, de kinderen droegen oranje kleertjes of oranje scherpen en zingend liepen ze over straat: “Oranje boven, leve Wilhelmien”.

Voor het gemeentehuis werd tijdens de muziek gesprongen en tegen elf uur hoorde men, als overmaat van ramp, en werd per microfoon afgeroepen de vele dingen, die verloren waren gegaan tijdens het springen. Een moeder uit Neerbeek had haar zes jarige dochtertje verloren en een persoon van Genhout zijn muziekinstrument. De Amerikaanse vliegeniers en piloten welke hier in Beek waren, deelden ook mee in de feestvreugde en sprongen ook mee, voor het eerst werd het Nederlandse volkslied gespeeld, waarna het Amerikaanse en Engelse volgde. Op het bordes van het gemeentehuis werd een korte toespraak gehouden door burgemeester Van Sonsbeeck, die vergezeld was van de Amerikaanse Kolonel Branke. In alle kerken was zondag een dankdienst gedaan voor onze bevrijding. Zo werd in onze kerk van Beek het Te Deum gezongen. De harmonie St.-Cecilia van Beek had nog iedere avond voor het gemeenthuis een concert gegeven tot donderdag 10 mei (Hemelvaartsdag). De onvergetelijke dag dat het vijf jaar was geleden dat de moffen ons land binnenvielen. Op zaterdagmorgen acht uur in de voormiddag heeft de mof de strijd gestaakt en zich overgegeven aan de Russen, Engelsen en Amerikanen. Nu was het gedaan met de mof nu hij zoveel slachtoffers heeft laten maken en zoveel gevangenen ter dood heeft gebracht.

Waar is Adolf Hitler nu? De man die loog, de man die de moffen voorspelde, wij capituleren nooit, wij winnen de Krieg maar het Naziregime is niet meer. Iedere dag hoort men dat men nu kopstukken van de voormalige Nederlandse NSB oppikken. Die dan nog verklaren onschuldig te zijn. Zoal Toontje Mussert en de Leijn en meer knechten, ook Max Blokzijl zit nu in de cel zijn avondoverpeinzingen na te denken. De alom in Limburg beruchte en bekende Hugo van der Broek, de hoofdredacteur van de Limburger Koerier, die voelde zich ook onschuldig, maar heeft nu de tijd om nog eens na te denken wat hij in die vier jaar geschreven heeft. Waar blijven de mooie heren van Beek, die Beek toen geregeerd hebben die vier jaar en op 9 september 1944 er tussen uit geknepen zijn. Flup met zijn consorten. Beek staat klaar om ze te ‘huldigen’ als de eerste komt en wie zal dat zijn?

Maandag 20 mei 1945 is per trein van zes uur in de namiddag de eerste Beeker NSB’er boven water gekomen en wel v. L. met zijn vrouw C. Ze zijn aan het station opgepikt door de politie en naar een kamp overgebracht met een grote parade van kinderen en toeschouwers zijn ze eerst toegejuicht en geschreeuwd naar het politiebureau gebracht, over de hele weg werden ze nageroepen en vreemde woorden toegezegd. Verder werd nog bekend dat M. van de Hoolstraat bedrijfsleider was van het klooster de Heibloem te Heythuizen, welk door de moffen was bezet en hij daar de baas speelde. Op maandag 14 mei heeft hij zich in Maastricht aangegeven. Hij was met de trein van Duitsland afgekomen, hij zit nu ook veilig in een kamp.

Op vrijdag 25 mei 1945 werd per courant de lijst bekend gemaakt van de priesters uit het bisdom Roermond die in een kamp door de moffen zijn vermoord.

In de maand april werd door het bestuur van de Beeker Lourdesvereniging bekend gemaakt dat de mijnwerkers die op 3 mei 1943 bij de staking door de Moffen gevangen zijn genomen en weggevoerd naar het concentratiekamp Vught en precies een jaar later op 3 mei 1944 naar het kamp in Dachau bij Munchen zijn gevoerd, een gratis reis naar Lourdes beschikbaar zouden stellen, indien ze behouden en wel in hun gezin mogen terugkeren. Mocht dit niet het geval zijn, dan worden deze gratis reizen beschikbaar gesteld aan de oorlogsinvaliden uit de volgende plaatsen, Beek, Elsloo, Stein, Lutterade en Geleen.
De gevangen genomen mijnwerkers waren de volgende:
A. Custers, 35 jaar, Geverik, Ch. Peters, 26 jaar, Bourgogne, Beek, H. Lemmens, 25 jaar, Kampstraat Beek, W. Meiers,  23 jaar, Heirstraat Beek, G. Meiers 45 jaar Mauritsweg Stein, J. Smeets 37 jaar Plein Stein, W. Schepers 25 jaar Steinderweg Stein. Ze hebben ruim twee jaar in een kamp moeten doorbrengen en moeten boeten voor alle mijnwerkers. Maar de inwoners van Beek evenwel als van Stein willen ze allen hartelijk ontvangen indien ze maar gauw terugkeren en dat is de wens van iedereen.

Op maandagavond 21 mei ’s avonds tegen elf uur is op radio Brussel II een lijst afgeroepen van de politieke gevangenen, waarbij ook onze mijnwerkers hun naam werd afgeroepen. Na de bekendmaking hiervan leefde de bevolking al direct in volle vreugde en in de hoop dat ze nu maar gauw in hun familiekring zouden vertegenwoordigd zijn. Een paar dagen later werd per brief door het repatriëringwerk  uit Nijmegen medegedeeld dat ze allemaal uit het kamp Allach Dachau bevrijd waren door de Amerikanen. Ze kunnen binnen enige tijd hier verwacht worden.

Een dag nog een uur, duurde nu te lang, alles zit in volle spanning, wanneer zullen ze nu hier zijn? Ja, op woensdag 30 mei tegen zes uur in de namiddag arriveerden de twee eersten op de mijn Maurits, dat waren G. Meiers en G. Smeets uit Stein. Ze waren donderdag 24 mei uit Dachau vertrokken met autobussen en kwamen ze maandag 28 mei in Venlo op Hollands grondgebied. Na een flinke koffietafel werden ze naar Eindhoven gebracht waar ze tot woensdagmiddag 30 mei bleven. Toen zijn ze met een auto doorgebracht tot aan de mijn Maurits, waar de bedrijfsleider ing. Bergstein ze met zijn auto naar huis heeft gebracht. De buurt had direct mooie versiering aangebracht en cadeaus bezorgd voor hun behouden terugkeer. Maar zijn nu die vier van Beek? Op donderdag 31 mei vertrok een auto van het militair gezag naar Eindhoven om te kijken of die vier van Beek er ook waren, maar tevergeefs, ze moesten onverrichter zaken terugkomen, dat was een zware teleurstelling. Maar vrijdag 1 juni in de namiddag tegen zes uur, het regende nogal hard, arriveerden onverwachts het viertal mijnwerkers van Beek ook. Enige dagen vooraf had men al versieringen aan de woningen aangebracht in de bedoeling, als ze onverwachts thuiskwamen hun huis toch versierd was. Daar men toen al wist dat ze onverwachts thuis konden komen. Als een lopend vuurtje werd het bekend dat de vier er zijn. Maar die vier mijnwerkers die in Duitsland hebben gezeten en van blijdschap ging de eerste hoera op en men wilde naar de Rijksweg gaan om hen op te halen, maar dat was niet meer nodig, want ze kwamen hen al tegen dicht bij huis. Dadelijk een stroom van mensen voor die vier woonhuizen met de vraag “Is hij terug? Is het waar? Hoe ziet hij eruit?”, tegen half negen kwam de harmonie een serenade brengen, eerst bij Wienes Meiers, waar de burgemeester namens de hele gemeente een welkom toeriep en een persoon uit de buurt ook een toespraak hield, waarna Wienes met pittige woorden bedankte, waarna de harmonie een paar stukjes muziek ten gehore bracht en toen naar Chritien Peters gingen, waar op dezelfde manier de huldiging plaats had. En zo trokken ze door naar de Kamp naar Harrie Lemmens, waarop dezelfde voet het welkom werd aangeboden. Maar het bezoek aan nummer vier Alfons Custers uit Geverik moest worden afgelast daar deze erg vermoeid was, zenuwziek. En men hoopten dat hij weer gauw opgeknapt was.

Tegen de avond hoorde men de pick-up zijn walsjes geven en al dansend sprong de jeugd voor de versierde huizen, die bij de avond ook nog mooi verlicht waren. De thuiskomt had bijna de hele nacht geduurd aan vermaak en feestelijkheden. Jammer genoeg dat geen borrels en sigaren waren voor de liefhebbers alleen een beetje surrogaat kersennat. Zaterdagmorgen 2 juni werd in de kerk een hoogmis opgedragen uit dankbaarheid voor de behouden terugkeer van de vier Beeker jongens. In de loop van de dag moesten zij nog veel cadeautjes ontvangen waarbij ook veel mooie meubelstukken waarvoor de twee verloofden Wienes en Chretien iedereen zeer dankbaar waren. Voor de avond hadden ze in de Kamp nog een dansvloer op de straat waar de jeugd  zich bijna de hele nacht had geamuseerd.

Op woensdag 6 juni was L. uit de Nieuwstraat onverwachts teruggekeerd als gevluchte uit het kamp van Vught, maar hij had niet veel plezier van zijn vrijheid gehad en werd weer onmiddellijk opgepakt. Op vrijdag 8 juni werd tegen de middag bekend gemaakt dat ze met de ex-NSB’ers van Beek, bakker M. op weg waren naar Beek. Ze waren hem in Venlo gaan halen en tegen zes uur in de namiddag zouden ze met hem in Beek aankomen. Maar toen het zes uur was waren al veel nieuwsgierig op de Rijksweg en bij het gemeentehuis aan het wachten op de NSB’er M. Tegen kwart voor zeven arriveerden zij met hem. Bij de Nieuwstraat moest hij uit de auto stappen en de rest van de weg naar het gemeentehuis te voet afleggen. Een grote massa kinderen achter hem aan al joelend en schreeuwend, die hem vergezelde naar het gemeentehuis. Nadat een paar elite lui hem nog met harde woorden hadden begroet, trok hij zeer kalm langs de stoet, die hem in alle stilte stond op te wachten. Op het gemeentehuis gekomen moest hij nog eens op het bordes komen zodat iedereen hem nog eens goed kon bezichtigen en zodoende was de inhaling van deze NSB’er afgelopen. Wie volgt?

Op maandag 11 juni 1945 kwamen ze aan met madame P.-L. uit de Kamp met haar jeugdige schepselen. Ook zij dacht het beste is nog maar je oude Heimat, maar de heren van de opsporingsdienst vonden nu eenmaal dat haar verblijf in het Kamp voor NSB vrouwen beter was voor haar en in de late avond van dinsdag 12 juni arriveerde ook N.-v.d. H. uit de Kloostersteeg met haar jonge spruiten. Zij ging aan haar ouderlijk huis aankloppen en toen ze zag dat vreemde mensen haar de deur open maakten, vroeg zij heel brutaal wie hen de vergunning had gegeven om haar huis te bewonen en zij zei ik zal wel eens naar de burgemeester gaan. Toen zij later op het gemeentehuis werd opgepakt als NSB-vrouw en zij kreeg nu een onderdak, waar ze het niet verwacht had.

Donderdag 14 juni kwam het onverwachte bericht dat Flup dood was. De ex-NSB burgemeester Regout van Beek, welke in de nacht van 8 op 9 september 1944 de vlucht had genomen. Nadien is hij nog drie maanden burgemeester geweest in Wierden in de Achterhoek van Gelderland en op 23 mei 1945 is hij naar vermoeide arbeid en overspannen van onderdrukking met een zware zenuwaanslag in het ziekenhuis te Heerenveen overleden.

De bevolking van Beek had zich al verheugd dat ze eerdaags met Flup kwamen opdagen, maar Flup is dood en zal de Beeker bodem niet meer betreden. In plaats van droefheid zijn de mensen verdrietig, omdat ze de intocht van Flup niet kunnen meemaken. Maar denk eraan dat hij nog lang in de herinnering zal blijven onder de bevolking van Beek.

Op maandag 25 juni komen ze met de ex-fotograaf van Beek, S. uit de Molenstraat, die in de goede tijd lang heeft rond gelopen met het gele pakje aan en de donkerblauwe bank met rood hakenkruis. Een individu die in Beek ook niet veel goeds kan doen. Hij deelde daarom ook mede dat hij overgrote spijt had voor het gene dat hij gedaan had. Maar wou hij zich nu bekeren? En nu is het te laat, een plaatsje in het kamp te Hoensbroek is voor hem gereserveerd voorlopig. Op dinsdag 3 juli brengen ze met een auto vanuit Ommen P. uit de Kamp terug. Vroeger altijd een vurige NSB’er geweest en nu ziet hij verlaten en slordig uit gelijk als een landverhuizer. Voor hem hebben ze ook wel een plaatsje gereserveerd in het kamp. Ze komen nu langzaam maar zeker terug.

Vrijdag 13 juli tegen acht uur ’s avonds stopt een auto bij de marechausseekazerne en daar komt mevrouw Flup met haar dochters te voorschijn. In plaats van op een mooie luchtige villa, kunnen ze nu enige dagen in de cel doorbrengen om daarna in Maastricht in een kamp te logeren.

Wat de levensmiddelen betreft gaat het momenteel iets beter, niet veel maar komt toch langzaam. Zo krijgen we nu een ons koffie, vijf en twintig gram thee en een ons pruimen of rozijnen, en twee kilo brood per week. En een ons kaas of twee ons peperkoek per veertien dagen. In de week van 9 tot 13 juli moeten de bankbiljetten van honderd gulden worden ingeleverd. Dit is al een begin tegen de zwarthandelaren die nu geen rustige nachten hebben en ze zich zullen moeten verantwoorden. Op maandag 30 juli kwam madame Van de Venne ook terug van een avontuurlijke reis van een jaar rondzwerven.

Op dinsdag 31 juli komt de heer V. d. H. terug welke de hele oorlog als vrijwilliger heeft dienstgenomen als Duitse militair. Hij is altijd hier in het land geweest op verschillende plaatsen. Op woensdag 1 augustus wordt bekend gemaakt dat het nachtverbod is opgeheven, dat men zich niet op straat mag begeven tussen twaalf en vier uur ’s nachts. Dus dit is ook al afgelopen. Dinsdagavond 2 augustus wordt per radio bekend gemaakt dat binnenkort de jonge mannen van twintig, een en twintig en twee en twintig jaar worden opgeroepen om in het voorjaar van 1946 in militaire dienst te treden. 15 Augustus zal voor de hele wereld een onvergetelijke dag zijn, de dag dat Japan de strijd heeft gestaakt, de dag dat de Jappen toch inzagen dat zij verloren waren, de dag dat zij als Europese vijand verslagen zijn en daarom is 16 augustus gevierd door heel Europa en de geallieerde landen als nationale dag. Op zaterdag 18 augustus 1945 brengen ze de ex-eerste wethouder van Beek terug met zijn vrouw, de heer C. van de Rijksweg, deze man wist ook veel van zijn ervaring te vertellen, hij die het altijd zo goed gemeend had met het moffenregiem en nu zit hij in de cel naast zijn vroegere werkkamer van wijlen burgemeester Flup en had toen ook nooit gedroomd dat hij nog eens een paar nachten zou door brengen in de cel van de toen besturende gemeente Beek. Waar blijf nu de tweede wethouder H.?